Bekendmaking
Regeling Melding Vermoeden Integriteitsschending, misstand en onregelmatigheid Zoeterwoude 2024
Het bevoegd gezag van de gemeente Zoeterwoude;
gelet op het bepaalde in artikel 125 quinquies, tweede lid, juncto eerste lid, onder f van de Ambtenarenwet,
overwegende dat alle aangesloten gemeenten van de Leidse regio, Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest en Zoeterwoude, gezamenlijk uitvoering geven aan het meldpunt integriteit en deze regeling in elke aangesloten gemeente vaststellen,
gelet op het instemmende besluit van de Ondernemingsraad d.d. 9 januari 2025;
vast te stellen de navolgende regeling
Regeling Melding Vermoeden Integriteitsschending, misstand en onregelmatigheid Zoeterwoude 2024
- 1.
In deze regeling wordt verstaan onder:
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
- g.
- h.
- i.
- j.
- k.
- l.
- m.
- n.
- o.
vermoeden van een integriteitsschending, misstand of onregelmatigheid: het vermoeden van een melder dat er sprake is van een integriteitsschending, misstand of onregelmatigheid. Deze vindt plaats in de organisatie waarin hij werkt of heeft gewerkt. Deze kan ook plaatsvinden bij een andere organisatie als hij door zijn werkzaamheden met die organisatie in aanraking is gekomen.
- p.
- q.
- 2.
Artikel 2 Melding integriteitsschending, misstand of onregelmatigheid
- 1.
Bij het regionaal Meldpunt Integriteit (meldpuntintegriteit@leidse-regio.nl) kunnen alle werknemers van de deelnemende organisaties een melding doen. De melder hoeft het vermoeden niet te kunnen bewijzen. Een redelijk onderbouwd vermoeden is voldoende voor het doen van een melding.
- 2.
- 3.
Artikel 4 Verplichting tot het doen van een melding
- 1.
- 2.
Een ambtenaar is wettelijk verplicht om aangifte te doen als hij door zijn werk weet dat iemand een ambtsmisdrijf heeft gepleegd (artikel 162 van het Wetboek van Strafvordering). Vanwege deze aangifteplicht is een ambtenaar ook verplicht om een (vermoedelijk) ambtsmisdrijf als integriteitschending te melden.
Artikel 5 Melding bij het regionaal meldpunt
- 1.
- 2.
- 3.
De werknemer kan een melding op de volgende manieren doen:
- a.
- b.
bij de integriteitscoördinator persoonlijk, telefonisch of via het email adres meldpuntintegriteit@leidse-regio.nl.
Artikel 6 Rol vertrouwenspersoon Integriteit bij meldingen
Een melder kan zich op ieder moment laten bijstaan door een vertrouwenspersoon Integriteit voor advies over het vermoeden van de integriteitsschending, misstand of onregelmatigheid. Ook kan een vertrouwenspersoon een eerste contact leggen met de integriteitscoördinator bij het doen van een melding.
Artikel 7 Ontvangst melding door de integriteitscoördinator
- 1.
- 2.
De integriteitscoördinator beoordeelt elke melding zorgvuldig op de vraag of er sprake is van een concreet vermoeden van een integriteitsschending, misstand of onregelmatigheid. Vervolgens bepaalt hij welke vervolgstappen passend zijn. Wat passend is, hangt onder andere af van de aard, ernst en onderzoekbaarheid van de melding. Ook de omstandigheden en het doel van de melder kunnen een rol spelen.
Artikel 10 Keuze voor onderzoekers
- 1.
- 2.
In sommige gevallen kan de integriteitscoördinator niet het onderzoek zelf uitvoeren. Dit kan zijn als hij niet onafhankelijk is of bij onvoldoende capaciteit van de integriteitscoördinator. Ook kan het zijn dat de onderzoeksvraag te complex is. Als de integriteitscoördinator het onderzoek niet zelf kan uitvoeren doet hij een voorstel aan de gemeentesecretaris om het onderzoek door een ander te laten uitvoeren . Dat kan zijn het inhuren van een extern onderzoeksbureau zodat er sprake is van onafhankelijkheid, vertrouwelijkheid en professionaliteit.
Artikel 11 Schorsing van betrokkene
In overleg met leidinggevende en HR adviseur kan de gemeentesecretaris besluiten betrokkene voor de duur van het onderzoek te schorsen.
Artikel 13 Wederhoor en rapportage
- 1.
- 2.
- 3.
- 4.
- 5.
- 6.
Als het onderzoek leidt tot de conclusie dat een schending van de integriteitsregels heeft plaatsgevonden, heeft de betrokkene recht op een kopie van het onderzoeksrapport. In het kader van wederhoor kan hij zijn opvatting geven over de feiten en omstandigheden over de hem verweten gedragingen. In het definitieve onderzoeksrapport staat de opvatting van betrokkene.