Bekendmaking
Subsidieregeling Peuteropvang gemeente Zoeterwoude 2025
Het college van burgemeester en wethouders van Zoeterwoude,
gelet op artikel 160 van de Gemeentewet, art. 2, eerste en tweede lid en artikel 3, vijfde lid van de Algemene Subsidieverordening gemeente Zoeterwoude,
besluit de volgende regeling vast te stellen:
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
- g.
- h.
- i.
- j.
- k.
- l.
overdrachtsformulier: het in de gemeente Zoeterwoude gebruikte overdrachtsinstrument waarmee pedagogisch medewerkers op een systematische manier hun beeld van de ontwikkeling van een peuter beschrijven. Dit document wordt overgedragen aan de basisschool. Ingeval van een doelgroeppeuter vindt een ‘warme overdracht’ plaats, een overdrachtsgesprek bij voorkeur in aanwezigheid van de ouders;
- m.
- n.
- o.
- p.
- q.
- r.
- s.
- t.
- u.
Artikel 2 Doel van de subsidie
Deze subsidieregeling heeft als doel het verstrekken van subsidies aan houders en VVE-werkgroep voor activiteiten die bijdragen aan
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
Voor zover in deze subsidieregeling niet anders is bepaald, zijn de begripsomschrijvingen en bepalingen van de ASV van toepassing.
Een aanvraag kan worden ingediend vanaf 1 oktober, na bekendmaking van de nieuwe tarieven, voorafgaand aan het jaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft.
Het college beslist op een aanvraag voor een subsidie binnen uiterlijk 13 weken na sluitingsdatum van de aanvragen.
Artikel 11 Beoordeling hoogte ouderbijdrage
- 1.
- 2.
Het toetsen of ouders in aanmerking komen voor een gesubsidieerde peuterplek doet de houder aan de hand van de Verklaring geen recht op kinderopvangtoeslag die als bijlage 2 bij deze nadere regels is gevoegd, in combinatie met een inkomensverklaring van (bei)de ouder(s). De inkomensverklaring heeft betrekking op het meest recent voltooide kalenderjaar. Wordt een peuter in de periode tussen 1 januari en 1 juli geplaatst, is een inkomensverklaring van het daaraan voorafgaande jaar (2 jaar oud) voldoende.
- 3.
Als het inkomen van ouders in het lopende jaar zodanig wijzigt dat er sprake is van een lager inkomen, dan kan herinschaling aangevraagd worden via de houder. De inkomensgegevens kunnen in dat geval overlegd worden op basis van de meest recente loonstroken of indien sprake is van werkloosheid, een uitkeringsbeschikking van het UWV.
- 4.
- 5.
- 6.
TITEL III. BEVOORSCHOTTING, VERANTWOORDING EN VASTSTELLING
Artikel 17 Verantwoording subsidies vanaf € 100.000
- 1.
- 2.
- 3.
De aanvraag tot vaststelling bevat:
- a.
- b.
een financiële verantwoording van de subsidiegelden. Dit kan zijn in de vorm van een integrale verantwoording in de jaarrekening of een separate financiële verantwoording. Uit de verantwoording blijken de baten en lasten van de verleende subsidie. De subsidie van gemeente is in het financieel verslag duidelijk weergegeven.
- c.
- d.
- 4.
Artikel 18 Vaststelling subsidie
- 1.
- 2.
Indien uit de aard van de subsidie, dan wel de verantwoording daarvan, volgt dat voor de beslissing op de vaststelling van de subsidie een langere termijn nodig is dan de in het lid 1 genoemde termijn, dan bericht het college de subsidieontvanger daarvan zo spoedig mogelijk na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling dan wel de verantwoording.
- 3.
Indien de aanvraag tot subsidievaststelling niet binnen de in lid 1 van artikel 15, 16 (of indien van toepassing lid 2) en 17 (of indien van toepassing lid 2) genoemde termijn is ontvangen, gaat het college 6 weken na een eenmalig rappel over tot ambtshalve vaststelling en het terugvorderen van het toegekende bedrag.
Bijlage 1: VVE criterialijst indicatiestelling CJG artikel 11, eerste lid van de regeling.
Bijlage 2: Verklaring geen recht op kinderopvangtoeslag behorende bij artikel 4 tweede lid onder c.
Gegevens ouder/verzorger (aanvraag op naam van de ouder/verzorger die geen inkomen heeft)
Voorletters en achternaam: ……………………………………………………………………………
Burgerservicenummer (BSN): …………………………………………………………………………
Straatnaam, huisnummer + toevoeging: ……………………………………………………………...
Postcode en woonplaats: …………………………………………………………………………………
Telefoonnummer: …………………………………………………………………………………………
Gegevens kind (kind dat gaat deelnemen aan peuteropvang):
Voor- en achternaam: …………………………………………………………………………………….
Geboortedatum: ………………………………………………………………………………………….
Burgerservicenummer: ………………………………………………………………………………….
Hierbij verklaar ik dat ik geen recht heb op de kinderopvangtoeslag zoals bedoeld in artikel 1.1. van de Wet kinderopvang. Dit verklaar ik door hieronder het juiste vakje aan te kruisen:
- ❑
- ❑
Als bewijsstuk voor de berekening van de ouderbijdrage is bijgevoegd:
- ❑
Een Inkomensverklaring van mijzelf en (indien van toepassing) van mijn toeslagpartner.
Deze verklaring vraagt u gratis aan via de belastingtelefoon: 0800-0543 of www.belastingsdienst.nl
- ❑
- ❑
Ik verklaar dat dit formulier naar waarheid is ingevuld zodat vastgesteld kan worden of ik recht heb op gesubsidieerde peuteropvang. Ik weet dat het onjuist invullen van dit formulier strafbaar is. Ik verklaar ermee bekend te zijn dat mijn gegevens door de gemeente op juistheid kunnen worden gecontroleerd bij andere personen en instanties. Ik weet dat wijzigingen die het recht op gesubsidieerde peuteropvang kunnen beïnvloeden, onmiddellijk moeten worden doorgegeven aan de instelling waar de peuteropvang afgenomen wordt, onder overlegging van bewijsstukken.
Dit formulier en bewijsstuk(ken) inleveren bij de kinderopvangorganisatie.
Toelichting bij Verklaring geen recht op kinderopvangtoeslag
Wanneer heeft u recht op gesubsidieerde peuteropvang?
Als u geen recht heeft op de kinderopvangtoeslag zoals bedoeld in artikel 1.1 van de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, kunt u bij gebruik van kortdurende peuteropvang in aanmerking komen voor een gemeentelijke regeling. U moet met de ‘Verklaring geen recht op kinderopvangtoeslag’ en een inkomensverklaring aan de kinderopvangorganisatie verklaren dat u geen recht heeft op kinderopvangtoeslag. De gemeente geeft dan subsidie aan de kinderopvangorganisatie, zodat u een lager tarief in rekening gebracht krijgt voor peuteropvang. Dit tarief is gelijk aan wat u zou betalen als u wel recht had op kinderopvangtoeslag. Om de hoogte van de ouderbijdrage te kunnen berekenen heeft de kinderopvangorganisatie uw inkomensverklaring en (indien van toepassing) die van uw toeslagpartner nodig.
Kinderopvangtoeslag is een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang via de Belastingdienst. U komt in aanmerking voor kinderopvangtoeslag wanneer er sprake is van:
- •
- •
- •
Kinderopvangtoeslag vraagt u aan bij de Belastingdienst via www.toeslagen.nl. Hier kunt u ook een proefberekening maken. Het te ontvangen toeslagbedrag zorgt voor een vermindering van de maandelijkse kosten voor de kinderopvang. De hoogte van het toeslagbedrag is afhankelijk van de hoogte van uw inkomen.
Tegemoetkoming voor ouder(s)/verzorger(s) met een eigen onderneming
Zelfstandige ondernemers komen volgens de Wet Kinderopvang ook in aanmerking voor kinderopvangtoeslag. Ook de ouder, die zonder enige vergoeding arbeid verricht in de onderneming van de partner in de zin van art. 3.78 van de Wet Inkomstenbelasting 2001. Dit artikel gaat over de meewerkaftrek, die geldt als de partner meer dan 525 uur per jaar meewerkt.
Als de man dus een onderneming heeft en de vrouw (of andersom) minimaal 525 uur per jaar meewerkt, voldoen ze beiden aan de criteria voor de Wet Kinderopvang, hebben ze dus recht op een tegemoetkoming van de belastingdienst en kan er dus geen gebruikgemaakt worden van de gemeentelijke regeling.
Als u een eigen onderneming heeft en u komt niet in aanmerking voor de tegemoetkoming van de Belastingdienst, dan kunt u gebruik maken van de gemeentelijke regeling. U moet dan de ‘Verklaring geen recht op kinderopvangtoeslag’ aanleveren inclusief de inkomensverklaring van uzelf en (indien van toepassing) van uw toeslagpartner.
Wat is een inkomensverklaring en hoe vraagt u deze aan?
Een inkomensverklaring is een officiële verklaring van de Belastingdienst met uw inkomensgegevens over een bepaald belastingjaar. Deze verklaring kunt u gratis aanvragen bij de Belastingdienst, via de belastingtelefoon: 0800-0543 of www.belastingdienst.nl. Zorg ervoor dat u bij het aanvragen uw burgerservicenummer(s) (BSN) bij de hand hebt.
Beide ouders/verzorgers (bij eenoudergezin één ouder/verzorger) moeten de inkomensverklaring aanvragen, ieder met hun eigen BSN. Voorwaarde voor het kunnen aanvragen van een inkomensverklaring is dat u belastingaangifte heeft gedaan.
Waar worden deze verklaring en inkomensverklaring/bewijsstukken voor gebruikt?
Deze verklaring en de inkomensverklaring(en) van de Belastingdienst en/of andere bewijsstukken van de hoogte van uw inkomen worden gebruikt om te kunnen bepalen of u aanmerking komt voor de gemeentelijke regeling. Daarnaast worden ze gebruikt om te kunnen beoordelen in welke inkomenscategorie u valt en welk tarief u moet betalen voor peuteropvang. U moet de gevraagde stukken inleveren vóórdat uw kind met de peuteropvang start. U krijgt dan een lager tarief in rekening gebracht voor deelname aan peuteropvang. Wanneer de benodigde formulieren niet aanwezig zijn, zal het reguliere tarief in rekening worden gebracht.